Voor de tweede maal in relatief korte tijd nam ik deel aan het damtoernooi Thailand Open in Jomtien. Na afloop van dit festijn organiseert Andrew Tjon A Ong rondreizen door een van de landen in de buurt. Dit jaar was het Laos. Het is een land uit de Franse invloedsfeer. Bijgevolg wordt er gedamd op het 100-veldige dambord. Enige jaren geleden was hij er ook al eens geweest. Het land heeft een complete metamorfose ondergaan. Evenals tal van buurlanden als Vietnam en Cambodja. De oorzaak daarvan is kennelijk het loslaten van de planeconomie. In Vietnam heerste vijftien jaar geleden hongersnood. Nu is het de grootste rijstexporteur van de wereld. In Laos is dit iets later gebeurd. Toch zie je op straat bijna meer dure auto's rondrijden, dan in Nederland. Het land staat nog steeds te boek als het armste land van de regio. Maar in de steden is daar weinig van te merken.

Dat ligt wat anders in het hoogland. Daar wonen bergvolken onder tamelijk primitieve omstandigheden. Tijdens de boottocht langs de Mekong van Chiang Rai in Thailand naar Luang Prabang bezochten we een dorpje. De plaatselijk jeugd kwam aangesneld om 'cadeautjes' van de vrouwelijke toeristen in ontvangst te nemen. Armoe is overigens een betrekkelijk begrip. Vermoedelijk leven ze op basis van ruilhandel en gebruiken geen geld in het dagelijkse leven. Wanneer je dan het dagloon probeert te berekenen, dan kom je op onvoorstelbaar lage bedragen. Ook in Thailand houdt het dagloon niet over. Een kelner of een kok verdient daar een bedrag in de orde van grootte van 150 bath per dag (3 euro). Daar schijnt men goed van te kunnen leven. Er zijn enorme verschillen tussen werknemers en bazen. Een baantje bij de overheid is nog beter. Het bezochte dorpje was via een normale weg verbonden met de steden verderop langs de rivier. Er stonden diverse brommertjes en er is zelfs elektrische stroom.

We hadden het schip voor ons zelf. De passagiers zaten in de voormalige laadruimte. Achterop stond een compleet huis met toiletten, keuken, motor en andere ruimten. Alle grotere schepen op de Mekong hebben deze basisstructuur. De mensen leven als het ware met het hele gezin aan boord van het schip. Bij de start van de reis liggen tientallen vrijwel identieke schepen te wachten op toeristen. Slechts enkelen hebben een groep. De stuurman staat op de boeg van het schip en stuurt het schip met enorme handigheid tussen de rotsen en stroomversnellingen door. Het roer zelf zit vijftig meter of meer terug. Een foutje en het hele schip ligt aan splinters. Diverse stops worden gemaakt. De eerste nacht sliepen we in een ressort hoog op de heuvel. De koffers bleven aan boord. Alleen toiletspullen en verschoning werden mee naar boven genomen.

Op de tweede dag werd aangelegd bij een klooster. Net zoals in veel buurlanden is het Boeddhisme een belangrijke levensovertuiging. Iedere jongen wordt tenminste een jaar van zijn leven naar het klooster gestuurd om zijn opvoeding te voltooien. Sommige verblijven er bijna hun hele jeugd. Nergens anders wordt aan de gewone man onderwijs geboden. Onze gids was meer dan tien jaar in een dergelijk klooster. Monniken zijn bijgevolg vaak schooljongens. Ze eten een keer per dag. Vroeg in de ochtend gaan ze naar buiten langs de huizen om eten op te halen. Iedereen geeft met gulle hand. Het zijn immers hun eigen kinderen. In Luang Prabang gingen we om zes uur eruit om dit gebeuren gade te slaan. Overal kon je eten kopen om aan de monniken te geven. Diverse leden van ons gezelschap hebben dat eten ook uitgedeeld.

Laos bestond de vorige eeuw uit drie koningrijken gescheiden door bergketens. Ieder van hun eigenlijk te zwak om de agressieve buren adequaat buiten de deur te houden, ontstaan bij de verdeling van de boedel. Alleen van het koningrijk Luang Prabang is nog iets bezienswaardigs overgebleven. Er staat een koninklijk paleis en een aantal mooie tempels. Het was een feestdag. Uit de verre omtrek waren dorpsbewoners naar de tempel gekomen om water te laten zegenen, dat ze naderhand mee terugnamen naar hun dorp om te verdelen onder andere gelovigen. De plechtigheid was oorverdovend. Nasaal zingend ging het maar door. Voortdurend kwamen er anderen met emmers en vaten. Het koninklijk paleis had wel iets weg van de paleizen van de sultans in Yogyakarta op Java. Niet bijzonder indrukwekkend, maar wel goed leefbaar. De wind blies er dwars doorheen. Dat is wel prettig bij 30-35 graden in de schaduw. Er zijn slechts een handjevol koningen van Luang Prabang geweest. Het hele paleis hing vol met foto's van hen. Dapper probeerde onze gids de namen van deze koningen erbij ons in te stampen. Vanzelfsprekend tevergeefs. De Fransen hebben de drie koningrijken weer samengevoegd. De communisten beginnen nu pas dank zij de stroom van toeristen het nut van al dat ijdel vertoon te begrijpen.

Meestal is het niet toegestaan om te fotograferen. In het Koninklijke paleis en de tempels mag je alleen kijken en blootsvoets rondlopen. Gelukkig zijn de meeste Boeddhabeelden nagenoeg gelijk. Met één goede foto heb je ze allemaal. In het paleis was weinig fotografeerbaars. Midden in de stad ligt een enorme heuvel. Twee rivieren buigen zich rond de stad. Op de Mekong de oversteek van een typische veerpont. De veerbaas woont kennelijk met zijn volledige gezin aan boord van de veerpont. Er is nauwelijks ruimte voor lading.

In de middag gingen we met de hele groep naar de beroemde watervallen. Ze zijn waarlijk sprookjesachtig. Halverwege waren wat poelen, waarin gezwommen mocht worden. Verderop niet. Vermoedelijk om ongelukken te voorkomen. Sommige rotsen waren namelijk erg glad en diep. Na een verfrissende duik ben ik zelf verder gelopen, want er zou een prachtige waterval zijn. De meeste anderen hadden niet opgelet en bleven het hele bezoek rondhangen in het zwemparadijs. Ik ben op een geven moment teruggegaan om Wim te halen. We deden ons ding en waren net op tijd terug voor het vertrek.

De tweede plaats in Laos, die bezocht werd, was Vang Vieng. Het is vooral een watersportgebied. Langs de rivier zie je hele kudden met kajakkers en anderen langstrekken. Het was weekend en dan gaat de plaatselijke bevolking erop uit. Iedereen volledig gekleed. Niemand kwam droog beneden. Bij een temperatuur van 30-35 graden ben je ook zo weer droog. Wij ontdekten bootjes voor ons hotel. Je kon je voor een paar euro de rivier op en neer laten varen. Wim was er erg over te spreken. Alleen het in- en uitstappen was een beetje een probleem. Met vereende krachten werd hij in en uit de boot geholpen. We werden gewaarschuwd, dat de jeugd zichtbaar droge passagiers wel eens in het water gooit. Het viel mee. Voor mij zelf was het niet zo'n probleem geweest. Wel voor mijn camera...

In de ochtend was er een excursie naar een tempel en grotten. De grotten lagen hoog tegen de berghelling. Wim liet ze daarom voor wat ze waren. Zelf ben ik eventjes gaan kijken. Beneden kwam met grote vaart water uit de berghelling zetten. De plaatselijke jeugd aarzelden geen ogenblik en sprongen gewoon met al hun kleren in het water. Na het bezoek aan de grotten heb ik hun voorbeeld gevolgd. Het was verfrissend. Ik was de enige van de groep, die daarna niet het zweet van het gezicht gutste. De moeilijkheid met dit soort zwemgelegenheden is om er weer uit te komen. De rotsen zijn scherp en het water stroomt met enorme vaart. Voor je het weet, wordt je meegesleurd naar de rivier verderop.

Het eindpunt en hoogtepunt van onze reis door Laos zou Vientiane zijn, de hoofdstad van het land. Ons hotel lag aan de Mekong tegenover Thailand. In de rivier zie je overal volledig geklede vissers aan het werk. Soms tot de schouders in het water. Langs de rivier overal geïmproviseerde eettentjes, waar je de gevangen vis kunt nuttigen. Het restaurant van het hotel was op de bovenste verdieping. Ze hebben een goede keuken. Niet goedkoop. We wilden graag een flesje wijn bij de lunch. Een lastige kwestie. De voorraad en de kaart matchen niet. Alleen de dure flessen van over de dertig euro waren nog beschikbaar. Uiteindelijk kwam het erop neer, dat we plaatselijk bier hebben gedronken bij het eten. Daar houden we niet zo van. Het bier was overigens beter en goedkoper dan het enthousiast aangeboden Heineken.

Lopend langs de rivier kwam je zo in het centrum van de stad. In de stad langs de rivier een avondmarkt. Kennelijk een volkomen nieuw fenomeen in Laos. Daar kunnen de mensen dingen kopen, die in de normale winkels niet voor handen zijn. Het was stervensdruk. Wij zijn vlees gaan eten in een barbecue restaurant. Een opmerkelijke belevenis. De bediening komt met rauw vlees, een bak met gloeiende kolen, waar overheen een aluminium kap wordt gezet met een randje bouillon er omheen om smelten van de deksel te voorkomen. Het is dan de bedoeling om het vlees op de kap gaar te stoven. Een ontiegelijk geklieder. Het had wel iets weg van de 'ideale barbecue': Zwart geblakerd, rauw, weinig smakelijk en heel bijzonder. Je moet het een keertje gedaan hebben...

De ochtend excursie voerde ons langs de hoogtepunten van de stad. De triomfboog, twee tempels en de stoepa. Ik ben nog in de triomfboog naar boven geklommen. Hij was zoals wel vaker voorkomt van beneden mooier dan van boven. De stoepa en het enorme liggende beeld zijn een ongewoon fenomeen in Laos. Je hebt zulke dingen wel in Thailand. Fris in de verf allemaal een beetje te nieuw naar mijn smaak. Kennelijk is er sinds het vieren van de teugels pas enige tijd gelegenheid tot het oppoetsen van zulke heiligdommen. Desgevraagd toonde de gids zich niet al kritisch over het de eigen regering. Wel vroeg hij zich af, waar beambten zonder een zichtbaar inkomen toch hun peperdure auto's van rijden. Er zijn geen verkiezingen. Niemand kent de mensen, die het land besturen. Niemand legt verantwoording af voor het gevoerde beleid. De ervaring in buurlanden leert, dat een bestuurselite onder zulke omstandigheden het lang kan volhouden. Niets doen als bestuurder werkt vaak veel beter, dan planeconomie !!!

Het hoogtepunt van de reis naar Laos vonden wij persoonlijk de beeldentuin gelegen op twintig kilometer van Vientiane. De weg er naartoe is verschrikkelijk. Er is een soortgelijke tuin in Thailand. De schepper ervan had Indiase achtergronden. Hij heeft op eigen kosten, tot hij het land werd uitgezet, allerlei beelden verzameld. De tuin in Thailand is pas daarna ontstaan in ballingschap. Een merkwaardig ding is de enorme bolvormige duivel. Hij omvat drie verdiepingen. Binnen staan ook beelden. Gezien de belichting lastig te fotograferen. Je kunt doorklimmen naar het dak. Dan heb je een mooi overzicht over de tuin.

Teruggekomen in Vientiane zaten de leden van de plaatselijke damclub met smart op ons te wachten. We zouden uren eerder komen. Het dammen wordt zowel in Thailand als in Laos vooral beoefend door taxichauffeurs, die om de verveling te verdrijven tijdens het wachten op klanten tegen elkaar spelen. Er is een echte Fransman lid van de club. De meeste spelregels worden gehanteerd op gelijke wijze als wij doen. Het enige verschil was de meerslagregel. In hun visie mochten ze kiezen. We hebben ze uitgelegd, dat er een aantal fraaie combinaties mogelijk zijn door de meerslagregel. Wellicht gaan ze hem in de toekomst ook hanteren. Ik speelde tegen de clubkampioen. Ik wist alle partijen te winnen. Geen gemakkelijke opgave, omdat flessendoppen nogal onoverzichtelijk zijn en de meerslagregel afwijkend was.