Dordrecht - België is het dichtstbijzijnde beschikbare buitenland. Hoewel het een klein land is, is het opmerkelijk veelzijdig. Ze hebben een aantal prachtige steden zoals Gent en Brugge. Er is heuvellandschap en de kust. Ze hebben een goede keuken. In de Ardennen hebben ze wild en aan de kust is de specialiteit vis. De keuken heeft enige gelijkenis met de Franse keuken, maar is wat zwaarder. In de Ardennen kun je deelnemen aan allerlei sportieve evenementen. De afdaling van de Lesse per kano is de bekendste. De steden Antwerpen en Brussel zijn ieder op zich een langdurig bezoek waard. We bezoeken het land al twintig jaar regelmatig. Ook dit jaar gingen we in het najaar tweemaal naar de Ardennen, terwijl ook de kuststreek met Gent, Brugge en Veurne bezocht werden.

De Ardennen vormen het decor van de laatste militaire oprisping van het derde rijk in de twee wereldoorlog. Terwijl de geallieerden op hun dooie akkertje kwamen aanzetten vanuit hun bruggenhoofd in Normandië werden ze in het najaar 1944 compleet verrast door een plotseling Duits offensief dwars door de Ardennen. Het offensief was gedurende enkele dagen behoorlijk succesvol. De gedachte erachter was om alle aanvoerlijnen te doorsnijden en door te stoten naar de havens van Antwerpen. De oorlog had bij het slagen van deze stoutmoedige actie gemakkelijk nog jaren kunnen duren. Het moeilijke terrein werkte twee kanten uit. Zowel de aanvoer van voorraden van de geallieerden als de Duitsers stokten na enige dagen, waarna alles en iedereen tot stilstand kwam. De overmacht aan voorraden, het luchtoverwicht en surplus aan mankracht van de geallieerden beslisten daarna gemakkelijk.

België heeft een aantal duidelijk verschillende landstreken. Naast heuvels van de Ardennen in het oosten opklimmend naar de vesting van Luxemburg heb je de rivier de Maas. De rivier is over een groot gedeelte bevaarbaar. In de tijd, dat kolen en ijzererts uit de Ardennen de cruciale economische factor waren in de regio, waren de rivierhavens, zoals Luik belangrijk. Echter ook steden hoger langs de rivier spelen een belangrijke rol in het economisch leven van de negentiende eeuw.

Een halve eeuw geleden maakten we voor het eerst kennis met de geneugten van België. We kwamen op de fiets in Gent en Brugge. Later met de auto kwamen we voor het eerst in de Ardennen. We deden de afvaart van de Lesse. Wim heeft daarvoor en daarna nooit meer in een kano gezeten. Hij was erg tevreden. We vertrokken als laatste en kwamen als eersten aan bij de monding van de Lesse in de Maas. Ik was beneden aangekomen compleet uitgeput. Ik deed het werk en hij gaf alleen 'leiding'. Het was heel wat avontuurlijker dan tegenwoordig. Naderhand zijn we terug gereden naar een stuw en hebben nog wat foto's gemaakt. Het was een zooitje. Zo'n stuw is een geweldig obstakel voor onervaren kanovaarders. De jongen en zijn vriendin zijn compleet kopje onder geweest.

Ik ben van het kasteel afgedaald naar de rivier. Ik droeg een zwarte spijkerbroek, trui, overhemd, T-shirt, slipje, sokken en lakschoenen. Net zoals de jongen boven was hij van relatief dunne stof en tekende nat en droog het slipje zich prachtig af tegen het denim. Niemand heeft in de gaten, dat ik niet een van de gewone kanovaarderst was, toen ik eenmaal een keertje tot aan de borst in het water overgestoken was. Ik deed daarbij geen enkele poging om de diepe geul te mijden. Net zoals de twee heren op de foto beneden glom ik van het water en was van top tot teen doorweekt. Alleen de kamera was nog droog. Regelmatig de kleren weer nat gemaakt. Zo'n paradijs, waarbij tientallen volledig geklede jongens onbekommerd te water raken, maak je zelden mee. De ene jongen staat tot voorbij zijn kruis in het water. Alleen zijn haren zijn nog droog.

Toentertijd stapte nog niet iedereen in een eigen kano. Talrijke vlotten zakten met een stuurman en beladen met een dozijn toeristen de rivier af. Bij elke stroomversnelling moest de stuurman geholpen door zijn passagiers het water in om het vlot over de stenen verder te trekken. De stroomversnellingen en stuwen zijn überhaupt een bijzonder fenomeen. De meeste deelnemers waren in hun gewone kleren. In het begin van de tocht zag je jongens volledig gekleed staan in de kano. Wachtend op het moment, dat het noodlot toeslaat. Men berustte vanaf het allereerste begin erin, dat ze zonder reservekleren onherroepelijk een of meer keren te water zouden geraken. De jongen op de foto beneden zit zodanig in de kano, dat droog blijven kennelijk niet echt de bedoeling was. Even paar seconden later sloeg het noodlot toe, ging hij kopje onder en waren de laatste droge stukjes van zijn kledij ook compleet doorweekt. Allerlei volkomen onvoorbereide en zeer onervaren kanoërs rollen tot hilariteit van talrijke toeschouwers om en moesten compleet doorweekt verder naar het eindpunt. Dat is het enige, dat ook heden ten dage niet veranderd is...