Buiten de steden is de natuur wonderschoon. Naast enorme bergen, prachtige dalen heb je het Chitwanpark. Dat is een natuurgebied ongeveer ter grootte van Nederland tussen een aantal rivieren, die gedurende de regentijd wat overlast geven. Het heeft een soort onnatuurlijke schoonheid. Bomen staan stuk voor stuk als kunstwerken in landschap. De belangrijkste attractie vormen de neushoorns, waar je van bovenop olifanten naar kunt kijken.
Nepal bestaat uit drie duidelijk verschillende delen t.w. De bergen boven 5000 meter zonder veel bewoning, waar we dus niet geweest zijn. De centrale vallei op ca 700 meter boven zee en de vlakte op 70 meter, die een voortzetting is van Noord India. In deze vlakte doorsneden met tal van rivieren op weg naar de Ganges, wordt het meeste voedsel verbouwd. Daar heb je ook een prachtig natuurpark, dat tijdens de moesson compleet onder water komt te staan met neushorens, tijgers, e.d.
We brachten er drie dagen door en deden vier sportieve excursies t.w. kanoën, wandelen, olifanten en jeepsafari. Het kanoën was best griezelig met zoveel onervaren mensen in een reusachtige kano uitgehakt uit een enkele boom en aangedreven door lokale bevolking. Wij en onze kamera's kwamen veilig aan het einde van de tocht. Dat was niet geheel triviaal. Vervolgens bezochten we een olifantenfarm en liepen wat door de bossen langs een rivier. Het was nogal heiig toen we voeren, maar later werd het beter.
De wandeling begon wederom met de oversteek van de rivier in zo'n enge kano met de randen net boven het water. De wandeling werd wat interessanter gemaakt met een instructie van wat we moesten doen als we een neushoorn of een tijger tegenkwamen. In het laatste geval dus vooral veel bidden. In het andere geval rondjes lopen. Daar zijn de halfblinde neushorens niet goed in. Maar ze kunnen wel veertig km per uur. Buiten wat apen niets gezien. Zelfs geen voetsporen. Fotograferen heb ik niet eens geprobeerd. De vorige keer heb ik zoveel moeite gehad om op de foto's de neushorens aan te wijzen, dat ik daar niet meer aan begin. Wel wat landschappen genomen.
Elke dag hadden we ook een paar uur vrij. We konden dan wat rusten, zwemmen of het olifantenbad gadeslaan. Voorts was er een dorp met winkeltjes, email en een aantal kappers. De eerste dag liet Wim z'n welige hardos al een beetje uitdunnen. Alles wordt er aan gedaan om de rekening zover mogelijk op te voeren. Van het nek masseren zijn we niet zo enthousiast. We worden in vergelijking met de plaatselijke bevolking als vorsten behandeld en meer dan uur behandeling kost nog geen vijftien gulden. Het weghalen van wat losse haartjes gebeurd met het scheermes. Wij kregen een splinternieuw mesje, dat in twee stukken werd gebroken om ook de andere zijde nog te kunnen gebruiken.
De tweede dag heb ik mijn haar laten werven. Ik oogstte enorme bewondering bij de rest van de groep. Het is wel wat zwart geworden. Ze hadden maar een soort verf. Met een oude tandenborstel werd het ingesmeerd. Ze hadden geen stromend water, zodat het uitwassen van de overbodige verf enige vindingrijkheid vereiste. Op een gegeven moment zat mijn haar en omliggende huid dik onder het spul. Ik vreesde al de rest van de vakantie zo rond te moeten lopen. Maar ze bleken schoonmaakmiddel te hebben. Zodat alles na twee en een half uur toch nog goed is gekomen. Ik was nog net op tijd voor de lunch. Het olifantenbad heb ik gemist. Wim heeft wat beelden geschoten. Ik had best willen helpen met het olifantenbad...